Iran

Duitsland / Polen – Litouwen / Wit Rusland / Rusland – Kazachstan – Kirgizstan – Oezbekistan – Turkmenistan – Iran – Turkije

Iran is drie keer zo groot als Frankrijk en heeft ongeveer tachtig miljoen inwoners waarvan tachtig procent in de steden woont. Niet verwonderlijk als je weet dat tweederde van Iran uit bergen en woestijnen bestaat.

Iran is rijk aan grondstoffen: aardolie, gas, koper, diverse mineralen en in 2003 is er zelfs nog uranium ontdekt.
Het binnenland wordt gekenmerkt door lange hete zomers, de temperaturen in de woestijn kunnen oplopen tot 45 à 50 graden. De winters kunnen koud zijn. De neerslag is minimaal en regen valt er hoofdzakelijk in de winter.
Iran is een Islamitische republiek sinds 1979. Het rechtssysteem is gebaseerd op de sharia.
Van de inwoners is 98% islamitisch, waarvan 89% sjiitisch, en 9% soennitisch. De overige 2% bestaat uit verschillende kleine christelijke gemeenschappen.

De officiële taal is Perzisch, de Iraniërs zelf gebruiken de naam Farsisch. Iedereen begrijpt het en kan het lezen (bijna iedereen), maar het wordt maar door vijftig procent van de bevolking gesproken. De andere vijftig procent spreken o.a. Koerdisch, Azerbeidzjaans en nog enkele andere lokale ethnische talen.
Iran wordt wel de bakermat van onze beschaving genoemd. Het Perzische rijk ontstond in de zesde eeuw voor Christus toen Cyrus de Grote, uit de dynastie van de Achaemeniden, de verschillende veroverde volkeren tot een geheel verenigde. In de eeuwen erna bereikte het Perzische rijk een enorme macht en strekte zich uit van Egypte in het westen tot India in het oosten en Griekenland in het noorden. De diverse invloeden vanuit alle windstreken hebben hun neerslag gevonden o.a. in de architectuur, de schilderkunst en de literatuur.

Dinsdag 8 september
De grenspassage Turkmenistan-Iran bij Bajgiran verloopt soepeltjes. Na tien kilometer door een bergachtig niemandsland krijgen wij nog een laatste paspoortcontrole van Turkmenistan en dan staan wij voor de grens met Iran.

dsc01631-kopiewp

Wat onwennig hullen wij onze hoofden in de sjaals en weten dat ze drie weken lang gedragen moeten worden.

Wij bereiden ons voor op een lange grenscontrole maar tot onze stomme verbazing gaat alles heel efficiënt en snel. Het carnet de passage wordt gestempeld, de paspoorten ingekeken en dan kunnen wij gaan. Geen controle van de auto’s, niets.
Wij kunnen het niet geloven. En denken steeds dat er nog wat moet komen. Onze eerste reactie is ”Zijn ze met een charmeoffensief voor toeristen bezig?” De tweede reactie is ”Jammer dat wij toch niet een paar flessen wijn hebben meegenomen.”
Bij binnenkomst in Iran zien wij ook hier het vertrouwde beeld van afval langs de weg.

Wij scharen ons in een lange rij bij een tankstation om diesel te kunnen tanken. Het duurt even voor wij door hebben dat er alleen maar gas getankt kan worden. De diesel kost hier nauwelijks iets, ongeveer 26 cent per liter. Je moet dan ook niet klagen over de slechte kwaliteit en de donkere wolken die uit de uitlaat komen.

Voor wij echt kunnen gaan rijden zijn er twee klussen die eerst geklaard moeten worden: dollars wisselen en een simkaart voor de telefoon scoren. Onze bankpassen kunnen wij in Iran niet gebruiken. Men kent wel pinautomaten maar die zijn alleen voor binnenlandse passen. Wij zijn aangewezen op wisselkantoren of geldwisselaars. Voor dit doel hebben wij dollars en euro’s ingeslagen voor ons driewekelijks verblijf in Iran.
De Iraanse biljetten zijn een ramp. Men gebruikt twee systemen (rials en tomans) en wij kunnen er geen wijs uit worden. Iedereen zit te hannesen met dit geld. De bankbiljetten hebben vaak vijf nullen aan het eind. Meestal laten wij de mensen het geld zelf uit onze portemonnee halen. Je moet dan wel vertrouwen in je naaste hebben!

Bij het scoren van een telefoonkaart krijgen wij hulp van een Engels sprekende Iranees die ons belangeloos twee uur lang assisteert in de telefoonwinkel.

Dan op weg naar een overnachtingsplaats. Wij stationeren ons aan de weg aan het einde van het dorp Tus en bezoeken het mausoleum van Ferdowsi.
Ferdowsi (935-1020) is de belangrijkste dichter en schrijver van het Perzische rijk en zijn gedichten behoren ook nu nog tot de verplichte literatuur op scholen. Het Boek der Koningen behoort tot het nationale epos van Perzië.
Als wij daar lopen komen mensen op ons af en vragen waar wij vandaan komen. Zij vinden het fantastisch dat wij hun land bezoeken.

Woensdag 9 september
Vandaag staat het mausoleum van Imam Reza in Mashhad op het programma. Omdat wij niet dwars door de tweede grootste stad van Iran (2,8 miljoen inwoners) willen rijden, nemen wij de rondweg om de stad. De 60 kilometer die wij daarbij omrijden geeft al aan hoe groot de stad is.

Wij kamperen in het Ghadir park, een belevenis op zich. Het wordt onze eerste ervaring met kamperen in Iran en er zullen nog velen volgen.
Wij komen aan in een immens groot park aan de rand van Mashhad. Per jaar komen zo’n twintig miljoen pelgrims en toeristen naar Mashhad om het mausoleum te bezoeken. Het park is zo groot omdat veel van deze mensen met hun tentje in het park komen overnachten. De beter gesitueerden nemen een hotel in de stad.

ir0915-035-tekst-kopiewp

De Iraniërs maken allemaal gebruik van dezelfde kleine ‘uitgooitentjes’. Deze staan op stenen plateautjes die iets groter zijn dan de tent. Een tapijtje in de tent en je slaapplek is klaar. Voor de tent ligt een ander tapijtje en daarop nuttig je zittend op de grond met de hele familie de meegebrachte spijzen. Na de maaltijd liggen de mannen op het tapijtje voor de tent te slapen terwijl de vrouwen de afwas doen. Hier en daar zijn watertappunten, toiletten, een plek met veel stekkerdozen waar je telefoons kan opladen, en een paar winkeltjes voor brood. Douches zijn er niet. Men slaapt in de kleding die men aanheeft.

Als wij met onze campers tussen de tentjes gaan staan zorgt dat voor de nodige opwinding. Europeanen, en ook nog met een kampeerauto! Dat kent men in Iran niet. Meteen staat rond elke bus een groepje mensen die komt kijken wat erin en uit de bus komt. De eerste vraag is altijd ”where are you from?”, de tweede opmerking  “Welcome in Iran!” en de derde “Picture?”.

dsc01645-kopiewp

Vervolgens komt iedereen met van alles aandragen: pistachenoten, dadels, meloen. Wij zijn totaal overdonderd door deze gastvrijheid. Hoe anders zijn wij in Nederland.

Er komt een auto aanrijden die achter onze auto stopt. Er stapt een imam en een aantal vrouwen uit. Er worden een paar dozen uit de achterbak gehaald en vervolgens komen de vrouwen naar ons toe en gaat de imam naar Carla en Tom om ons de heerlijkste koekjes aan te bieden. Nadat zij dat gedaan hebben, stappen zij weer in de auto en vertrekken.
Het zijn de vrouwen die ons benaderen. De mannen gaan naar Carla en Tom. Wij zullen het in de loop van de reis vaker merken dat wij als twee vrouwen op afstand worden gehouden. En zeker in de meer conservatieve steden of delen van Iran.

En Mashad valt onder de conservatieve steden. Bijna alle vrouwen dragen zwarte chadors, het lijkt een grote zwarte pinguïnfamilie. Wij vinden het des te verbazender omdat wij hebben gelezen dat de chador niet verplicht is gesteld en toch iedereen zich erin begeeft. Ook al dragen wij aangepaste kleding, wij vallen als buitenlanders meteen op.

Vanuit de camping nemen wij het openbaar vervoer naar het mausoleum. Gewoontegetrouw gaan wij zitten op die plaatsen die nog vrij zijn. Meteen worden wij tot de orde  geroepen. Vrouwen bij vrouwen en wel achterin. Wij hadden het moeten weten.
De vrouwen ontvangen ons hartelijk, proberen in het Farsisch met ons te praten, lachen en hebben plezier. Net als wij zijn zij ook op weg naar het Imam Reza complex.

dsc01649-kopiewp

Per dag bezoeken meer dan honderdduizend mensen dit immense complex en daarvoor is een gigantische logistieke organisatie opgezet met 10.000 vrijwilligers die belangeloos allerlei taken op zich nemen. Van medische zorg tot maaltijdvoorzieningen en allerlei andere zaken die nodig zijn om deze grote toestroom van pelgrims in goede banen te leiden.

Voor buitenlandse niet-moslims zijn mannelijke en vrouwelijke gidsen beschikbaar.
Onze vrouwelijke gids start de rondleiding met een aankleedsessie. Wij krijgen een lichte chador aangereikt (de zwarte is voor moslimvrouwen) die vervolgens om ons lichaam gedrapeerd wordt. De lap glijdt alle kanten op, wil niet blijven zitten en is zo lang dat wij er herhaaldelijk over struikelen. Wij zien er niet uit, maar je moet wat voor Allah over hebben. Degenen met blote voeten krijgen ook nog kousen aangereikt. Volledig bedekt gaan wij door de screening. Een vriendelijke vrouw, in zwarte chador, voelt langs mijn lijf of ik wapens bij mij heb. Vervolgens wijst ze naar mijn lippen, er zit nog een spatje lippenstift op. Uiteindelijk mogen wij naar binnen.

2015-09-09-12-30-52-1-kopiewp

Het heiligdom is een enorm complex bestaande uit diverse moskeeën, madrassa’s, eetzalen, gebedshallen, bibliotheek, universiteit van Islamitische wetenschappen en een museum. Het absolute middelpunt is het mausoleum met gouden koepels van Imam Reza, de achtste sjiitische Imam en politieke en spirituele nakomeling van de profeet Mohamed. Helaas mogen wij als niet-moslims het mausoleum niet betreden, maar er blijft genoeg over om te zien en stil van te worden.

Het gehele complex is indrukwekkend mooi en met name de spiegelzaal. Deze gebedsruimte is geheel bedekt met kleine stukjes spiegel. Je kunt jezelf er niet in zien en dat is ook juist de bedoeling. Want daardoor wordt je gedwongen met je aandacht naar binnen te gaan en in je ziel te kijken. Wij komen daar niet aan toe omdat er zoveel rondom ons te zien is, maar de symboliek is mooi.
Tussen de honderdduizenden bezoekers lopen mannen en vrouwen met een gele plumeau die je attent maken op een wegglijdende chador, een blote arm of andere onderdelen die niet volledig bedekt zijn.
Na afloop van de rondleiding krijgen wij door de gids frisdrank aangeboden en met een taxi laten wij ons terugbrengen naar onze giga camping.

Hannie en Gerard komen tot de vervelende ontdekking dat zij hun tasje met alle papieren in de taxi hebben laten liggen….. Even dreigt de reis een andere wending te nemen. Uiteindelijk komt na enkele uren de taxichauffeur met het tasje op de camping aan. Zoveel geluk is bijna niet te vatten. Iedereen is opgelucht en de diverse scenario’s kunnen weer de kast in.

Donderdag 10 september
Na alle drukte van Mashad rijden wij vandaag door de grote zoutwoestijn Dasht e Kavir. Eindeloze zoutvlakten, totale verlatenheid, hier en daar een oasedorpje en nauwelijks een benzinepomp. En dat 536 kilometer lang. Ondanks de 38 graden is het door de lage luchtvochtigheid niet benauwd.

De waterval waar wij wilden overnachten is opgedroogd en de toegang niet berijdbaar voor onze camper.

ir0915-063-tekst-kopiewp

In de buurt van Karvan vinden wij een prima alternatief. Wij staan amper als een oude man in een auto langs komt en bij elke camper even stil staat. Hij zegt niets.
Even later, het is al donker, komt de politie: paspoortcontrole. Bij onze camper houden de agenten gepaste afstand, in tegenstelling tot de campers met de echtparen. Ze zijn correct en laten ons rustig staan. In Iran mag je overal vrij kamperen.

De volgende ochtend komt een echtpaar ons verse dadels, brood en zure room aanbieden. De gastvrijheid van de Iraniërs is onvoorstelbaar groot.

Vrijdag 11 september
Inmiddels is alles in en aan de auto vies, het zand zit overal en de wierookstokjes en de lavendel kunnen niet verhullen dat er iets gedaan moet worden.
Gelukkig vinden wij een waterkraan. Bij 40 graden poetsen wij de auto, doen de was en werken ettelijke liters water naar binnen. Onze sjaals zitten ons danig in de weg bij al deze activiteiten, maar zelfs in de meest afgelegen gebieden duiken onverwacht mensen op.
Om 12 uur is de was droog en vertrekken wij naar Tabas, een woestijnstadje met mooie Perzische tuinen.

De stad Tabas is in 1978 getroffen door een aardbeving en is toen volledig van de kaart geveegd. Meer dan 15.000 Iraniërs kwamen hierbij om het leven. Inmiddels telt de stad weer 30.000 inwoners die hoofdzakelijk werkzaam zijn in de dadel- en citrusindustrie.
Het vroegere Perzië stond bekend om zijn schitterende tuinen. Het oorspronkelijke idee van de Perzische tuin werd toegeschreven aan Cyrus de Grote uit de zesde eeuw voor Christus. De tuin moest de hof van Eden voorstellen met daarin de vier Zoroastische elementen van hemel, aarde, water en planten. Het water werd zowel als versiering als voor irrigatie gebruikt.
De tuinen varieerden in grootte van 3,5 ha tot 420 ha, dateren uit verschillende tijden en zijn aangepast aan de diverse klimatologische omstandigheden van de lokatie. Het concept van de Perzische tuin heeft zich verspreid naar diverse andere landen. Zo heeft de Taj Mahal in India een Perzische tuin. De Perzische tuinen zijn in 2011 toegevoegd aan de werelderfgoedlijst.

dsc01689-kopiewp

Deze tuinen met bloemen en planten, afgewisseld met veel waterpartijen en gebouwen, worden door de Iraniërs gebruikt als picknickplaatsen. Hele families trekken er op uit om samen buitenshuis te eten. Tapijtjes worden overal in de tuinen neergelegd, de thuis gemaakte gerechten in schaaltjes en pannen in het midden uitgestald. De hele familie zit er om heen en geniet van deze gezamenlijke maaltijd.
Je ziet niemand alleen op een matje zitten, alles gebeurt in familieverband. Er is geen enkele privacy en waarschijnlijk is daar ook geen behoefte aan.
Na het eten zijn het vooral de mannen die op de matjes slapen terwijl de vrouwen de afwas doen.

In Tabas bezoeken wij een van deze tuinen, Baq-e-Golshan, en wandelen tussen al deze etende en slapende mensen. Nou wandelen …, wij worden steeds staande gehouden door mensen die willen weten waar wij vandaan komen of met ons op de foto willen.

Als wij uiteindelijk terugkomen in de auto worden wij onaangenaam getroffen door een vieze visgeur in onze camper. Het duurt even voor wij door hebben waar die stank vandaan komt. Een blik bouillabaisse heeft de vrijheid gekozen en is geëxplodeerd, alle kratjes en hun inhoud zitten onder de vissoep. Wij beginnen ter plekke aan een nieuwe schoonmaak van de de camper, verbaasd gade geslagen door voorbijlopende wandelaars.

Met onze schone auto rijden wij naar onze overnachtingsplek in Tabas. Hier dezelfde taferelen als in Mashad. Als wij buiten op ons stoeltje zitten worden wij overladen met dadels, meloenen en zoetigheid. Jonge mensen willen graag hun Engels in praktijk brengen. Ouders kijken trots naar hun kinderen die in een vreemde taal met de buitenlanders communiceren.
Wij krijgen pas rust als wij de deuren sluiten, maar wij kunnen de slaap moeilijk vatten. Er zijn teveel indrukken.

Zaterdag 12 september
Gelukkig is het vandaag een rustig dagje. Het is maar 65 km door de Kavir woestijn naar Chak Chak. Hier bevindt zich tegen de rotswand aan een vuurtempel van de Zoroastriërs. Elk jaar komen tussen 14 en 18 juni pelgrims uit India en Iran naar deze plek en lopen naar de hoog in de rotsen gelegen tempel.

ir0915-101-kopiewp

Enkelen van ons gezelschap wagen zich ook aan de klim. Wij kijken vanaf beneden toe en voelen totaal geen behoefte om dit voorbeeld te volgen.
Wij genieten van de stilte en de prachtige overnachtingsplek.

Zondag 13 september en 14 september
De kleine afstand naar Jazd, 115 km, geven ons genoeg tijd om het oude stadje Meybod te bezoeken. Dit volledig uit leem opgebouwde stadje aan de zuidelijke zijderoute, met zijn citadel, karavanserai en ijskelder, is onlangs gerestaureerd en geeft een goed beeld van de woonomstandigheden van die tijd.

ir0915-109-tekst-kopiewp

Door de wirwar van steegjes en straatjes raken wij volledig gedesoriënteerd en het duurt anderhalf uur voordat wij onze camper terugvinden ….

ir0915-114-kopiewp

Onze weg naar ons hotel in Jazd is opgebroken en afgezet. Toch is het de enige toegangsweg, speciaal voor onze groep wordt de wegblokkade even opgeheven.
We zetten de auto op de kleine parkeerplaats voor het hotel. Samen met Carla en Tom huren wij een kamer. Een douche en eigen toilet is de luxe die wij ons veroorloven, slapen doen wij wel in onze camper.
Het hotel is de ontmoetingsplek voor buitenlandse toeristen. Wij kunnen er internetten, eten en eindeloos veel muntthee drinken.

Als wij rond onze camper lopen zien wij een kabeltje bij het voorwiel loshangen. Foto gemaakt en naar de garage opgestuurd met de vraag of het kwaad kan. Per omgaande antwoord: nee, vastbinden met ducttape en doorrijden.

Wij genieten ’s avonds met de hele groep van een heerlijke maaltijd in het Silk hotel. Voor mij dit keer een kamelen stew.

Jazd is vele malen kleiner en daardoor voor ons beter behapbaar dan Mashad. Beide steden hebben een conservatieve inslag, merkbaar aan kleding en houding van de inwoners. Onze half op de billen hangende blouses vangen toch wat afkeurende blikken op. Wij hijsen ons weer in die enkele kledingstukken waarin je ons kunt uittekenen en die beslist ayatollah-proof zijn.

Het verkeer is even chaotisch als in de rest van Iran. Als bij de voetgangersoversteekplaats het stoplicht op groen gaat steek ik over. Ik loop onverstoorbaar door en als een automobilist met gierende remmen bijna op mijn tenen staat, ben ik zo kwaad dat ik een aantal flinke dreunen op zijn raam geef. De man kijkt mij verbouwereerd aan. Het is toch de gewoonste zaak om door rood licht te rijden, vrouwen kunnen toch wachten …. Ik dacht het niet! Achter mij hoor ik vrouwen lachen en mij goedkeurend toeknikken. Wij zouden ons nooit meer kunnen aanpassen aan een samenleving waarin de vrouw een zo ondergeschikte rol heeft aan de man.

Opvallend in het straatbeeld is de totale afwezigheid van honden. Nu gelden honden in de Islam als onrein. Alleen hoogopgeleiden en welgestelden in Noord Teheran hebben soms een hond als huisdier. Als zij met de hond in het openbaar verschijnen kunnen ze een flinke geldboete krijgen. In 2014 hebben enkele parlementariërs in het parlement voorgesteld om het bezit van een hond te straffen met 74 zweepslagen of een geldboete variërend tussen 250 en 2500 euro. Voor schaapherders en politieagenten wordt een uitzondering gemaakt.

ir0915-137-tekst-jpg-kopiewp

Het oude stadsdeel van Yazd bestaat grotendeels uit lemen huizen, kleine steegjes, een bazaar met koepels en talrijke windtorens met als centraal middelpunt de Vrijdagmoskee. Al in de twaalfde eeuw is men met de bouw van dit gebedshuis begonnen en nog steeds doet het dienst als moskee. Het staat op de bankbiljetten van 200 Iraanse rial.
De moskee, met de twee grootste minaretten van Iran, heeft een schitterend voorportaal van blauw tegelwerk.
Rondom de moskee zijn allerlei souvenirs- en snoepwinkeltjes. We dwalen door de steegjes en lopen over de bazaar. Bezoeken het watermuseum en zien hoe ingenieus het water van 60 kilometer ver via allerlei kanaaltjes door huizen en tuinen stroomt. Zichtbaar is dit in het Vali Traditional hotel waar wij een heerlijke Iraanse lunch gebruiken. In de benedenverdieping loopt een 20 cm breed kanaaltje, er staan banken met kelims. Het is de koelste ruimte van het gebouw. Wij staan versteld van de ingenieuze watervoorziening die van levensbelang was voor woestijnsteden.

Rond het middaguur gaan wij even naar onze auto en zien dat de weg van het hotel naar de hoofdweg nu helemaal afgesloten is. Bij navraag blijkt het drie weken te duren voordat de weg weer beschikbaar is! Onze campers kunnen niet via de omweg door de kleine steegjes.
Iedereen wordt via de telefoon opgeroepen om zijn camper rijklaar te maken. Men wil de afzetting voor ons nog wel even terugzetten als wij direct vertrekken.

ir0915-163 ir0915-164 ir0915-167 ir0915-169

De weg ligt er miserabel bij. Hans kan met zijn grote truck makkelijk de gaten ontwijken. Voor onze camper worden de gaten met stenen opgevuld en de opzichter en Hans loodsen onze auto feilloos van de steile helling naar de weg. Gadegeslagen door vele mensen die aan het winkelen zijn.

Op een parkeerplaats bij één van de vele moskeeën in Yazd overnachten wij.

Dinsdag 15 september
Bij elke reisdag komen er nieuwe verrassingen op ons pad, dat maakt reizen zo boeiend.
Vandaag gaan wij naar ons volgende doel op de zijderoute: Shiraz. Door de vele oases die wij onderweg tegenkomen vergeten wij soms in een woestijn te rijden.

p1110606-kopiewp

Op de weg zelf rijden ettelijke zwaarbeladen vrachtwagens die hoofdzakelijk marmer vervoeren, afkomstig uit de vele marmergroeven die Shiraz rijk is.

Zelfs op de mooie autoweg door de woestijn worden wij staande gehouden door een onvervalste macho politieagent van nauwelijks 20 jaar. Hij behandelt ons alsof wij lucht zijn, vraagt blaffend naar onze papieren (jammer dat ik niet even in een dobermann kan veranderen) en geeft vervolgens met een wegwerpgebaar aan dat wij door kunnen rijden. Gelukkig blijft het bij deze ene vervelende agent, en zijn de vele anderen correct en aardig.

Hebben wij in Turkmenistan geen enkel reclamebord gezien, de oud-president wilde alle aandacht voor zichzelf, in Iran staan grote borden langs de kant van de weg met aan te prijzen goederen, spreuken van Allah en portretten van de ayatollahs.

Bij binnenkomst in steden staan aan de kant van de weg kilometerslang foto’s van gesneuvelden. Deze martelaren van het volk worden op deze manier herdacht en geëerd.

ir0915-104-kopiewp

Onderweg stoppen wij even in Abarkuh, een kleine woestijnstad tussen Yazd en Shiraz.
Hier staat een enigszins gemankeerde 4000 jaar oude cipres, 25 meter hoog en 18 meter dik. De cijfers zijn indrukwekkender dan de boom. Daarnaast heeft het stadje een aantal gebouwen die een goede indruk geven van de karakteristieke woestijnarchitectuur.

Zo is er een traditioneel koopmanshuis met aan weerszijden van het gebouw twee grote windvangers (in het Perzisch badgir genoemd). Het huis ligt verscholen in het dorp. Bij navraag blijkt het gesloten te zijn. Maar iemand rijdt voor ons naar een museum om daar de man met de sleutel op te halen. Op deze manier kunnen we het huis toch bezoeken.

De temperatuur in het huis wordt via de windvangers op een ingenieuze wijze geregeld, zodat het ’s winters warm en zomers koel blijft.

Ook maakte men gebruik van ronde koepels. In de winter haalde men ijs uit de bergen en legden dat op de bodem van de koepel. Deze ‘ijskelders’ dienden ook voor opslag van voedsel. Wij hebben diverse van deze ‘ijskelders’ in het landschap zien staan. Ze zijn niet meer in gebruik, maar worden wel gerestaureerd.

Als wij aan het einde van de middag op de immense parkeerplaats van Persepolis aankomen is het te laat om nog het terrein op te gaan. Ook hier weer veel ‘uitgooitentjes’ bij de auto’s.

ir0915-225-kopiewp

Om gaande en komende wagens te ontwijken situeren wij onze camper aan het einde van de parkeerplaats. Het helpt niet.
Vele auto’s maken rondjes om onze campers. De moedigen stappen uit en maken een praatje. Bijna iedereen komt ons iets aanbieden en vraagt om met ons op de foto te mogen. Fotomodellen zouden jaloers op ons kunnen worden, ware het niet dat wij onze leeftijd tegen hebben.

Op de parkeerplaats ontmoeten wij ook een Belgisch echtpaar met grote truck en drie kinderen op weg naar China. We wisselen wat ervaringen uit en attenderen hun op de site van Betty en Gerard die in omgekeerde volgorde net het hele traject hebben afgelegd en over de meest recente ervaringen beschikken.

Langzaam druppelt onze groep binnen. Wij hebben bij een servicestation tien blikjes alcoholvrije Bavaria kunnen scoren, voor ieder een blikje. Het beste wat wij tot nu toe gedronken hebben, maar het is jammer genoeg sporadisch verkrijgbaar.

Woensdag 16 september
Vanuit onze camper hebben wij zicht op het oude Persepolis, de Griekse naam van de nederzetting die Darius I in 518 voor Christus bouwde en die Stad van de Perzen betekent. De daarop volgende Achaemenidische koningen hebben op de dertien hectare grond een heel paleizencomplex neergezet.

ir0915-269-kopiewp

Het complex werd vooral gebruikt als geheime plaats voor rituelen zoals het oude Zoroastriaanse voorjaarsfestival en nieuwjaarsvieringen. Ook deed het dienst als  regerings- en ontvangstcentrum voor de vele gasten uit het Perzische Rijk. Het was eigenlijk geen stad omdat nergens resten van bewoning te vinden waren.

Onvoorstelbaar mooi is de audiëntiezaal, de Apadana. De reliëfs langs de trap verbeelden de 23 verschillende volkeren van het Perzische Rijk die hun sjah eens per jaar geschenken aanboden, nuchter gezegd gewoon belasting betaalden. Prachtig uitgedost, aan kleding en hoofdtooi zijn de verschillende bevolkingsgroepen herkenbaar.

ir0915-244-tekst-kopiewp

De reliëfs hebben een verfijning die verraden dat hier de beste kunstenaars van de diverse landen aan het werk zijn geweest. Het was niet moeilijk om de meest gekwalificeerde ambachtslieden naar Persepolis te halen omdat zij voor hun diensten werden betaald en eveneens wisten dat bij ongelukken hun familie verzorgd zou achterblijven. Een uniek systeem voor die tijd.

Wij lopen uren rond, bekijken met verwondering de schitterend uitgebeelde verhalen over wat zich hier allemaal heeft afgespeeld in het verre verleden en worden stil van al deze schoonheid. Persepolis had voor mij altijd al iets magisch. En dat is nog steeds zo.

Misschien dat de foto’s bij benadering een inkijk geven in deze kunstschatten, in woorden is het niet over te brengen.

Aan het begin van de middag wordt het druk op de opgraving. Tijd voor ons om terug te lopen naar onze camper op het grote parkeerterrein. Wij vragen ons af hoe al deze overweldigende indrukken een plek krijgen, het is zo bijzonder.

En toch stappen wij gewoon weer in de bus en rijden naar Shiraz waar wij overnachten op de parkeerplaats van een toeristenhotel en ons buigen over wat we die avond zullen eten.

Donderdag 17 september
Omdat wij geen van allen zin hebben om uren achter een gids aan te lopen besluiten wij met elkaar Shiraz in te gaan, de vijf na grootste stad in Iran.

De stad staat bekend om zijn grote dichters en schrijvers, zijn bloemen (met name rozen), de vele nachtegalen, en vroeger ook om de goede Shiraz wijnen.
Met een taxi laten wij ons afzetten voor de Vakilhamam in Shiraz. Leuk om doorheen te lopen maar niet echt interessant.

De vlakbij gelegen Vakilmoskee is aan de buitenkant nauwelijks herkenbaar als moskee. Van binnen is hij prachtig. Opvallend zijn de kleuren blauw/geel en de vele bloemmotieven. Ook de vele reliëfs tegen de muur verwijzen vaak naar bloemen. Shiraz is de enige stad waar in het keramisch tegelwerk motieven van bloemen en van vogels worden gebruikt.

ir0915-304-kopiewp

Vanwege haar verjaardag (de volgende dag) nodigt Nancy ons uit voor een echt Iraanse lunch in een restaurant in de bazaar. We kiezen allemaal voor dizzy (lam met bonen en aardappelen in een kruidensoep). Heerlijk!

Shiraz heeft meer te bieden dan wij aankunnen. Er moeten keuzes gemaakt worden

Onze voorkeur gaat uit naar het mausoleum van Sjah Cheraq, een broer van Imam Rheza (Mashad). En groot complex met vele gebouwen: gebedsruimtes en een fantastische spiegelzaal. Voor de rondleiding krijgen wij een chador en een vrouwelijke gids toegewezen.

ir0915-383-tekst-kopiewp

Fladderend lopen wij achter haar aan. De mannen hebben hun eigen gids.

Hoewel er gescheiden bidruimtes zijn voor mannen en vrouwen heeft dit complex ook een bidruimte waar beide seksen mogen komen! Dit is wel zeer uitzonderlijk voor Iran.

Langzaam aan raken wij verzadigd van al dit moois. Nog even over de bazaar en dan met de taxi naar de camper.

Vrijdag 18 september
Wij starten de morgen met koffie en cake en felicitaties voor de jarige Nancy.

Nu de slechte wegen achter ons liggen kunnen de banden weer opgepompt worden. Met behulp van Hans is dit klusje zo geklaard. Het water wordt aangevuld en rond half elf vertrekken Marijke en ik naar het zeven kilometer verderop gelegen Naqsh-e-Rostam.

Hier zijn boven in de rotswand graven uitgehouwen voor de Achaemenidische Koningen, waaronder Darius I. Een kunststuk als je bedenkt dat in die tijd de bodem nog eens negen meter lager lag en de graven majestueus boven het landschap uit torenden.

ir0915-959wp

Onder de graven zijn nog prachtige reliëfs te zien uit de derde eeuw na Christus, bijzonder.

Negentig kilometer verder op de weg naar Isfahan ligt Pasargad. Archeologen hebben, verspreid over een groot gebied, resten gevonden van nederzettingen van zesduizend jaar geleden. Het gebied is zo groot dat een pendelbusje zorgt voor het vervoer over het terrein. Het meest indrukwekkend is een tombe van Cyrus II, gebouwd als een terrasvormige pyramide.

Er zijn niet veel toeristen. Wij praten met een Iraanse student die heel graag van ons wil weten of het beeld dat in het westen over Iran bestaat klopt met het beeld dat wij nu van Iran hebben. Uit gesprekken wordt ons wel duidelijk dat vele Iraniërs bang zijn dat het negatieve beeld over de Ayatollahs samenvalt met een negatief beeld over de mensen in Iran. Wij stellen hem gerust en zeggen dat wij alleen maar gastvrije Iraniërs hebben ontmoet en dat klopt.

Wij overnachten op de parkeerplaats bij de bezienswaardigheid. Vanwege Nancy’s verjaardag is er een ‘borrel’ met hapjes: druivensap met ijsblokjes en eigengemaakte gazpacho en andere heerlijkheden.

p1110630-kopiewp

Wij genieten ervan. En de aangename bijkomstigheid is dat er niet meer gekookt hoeft te worden.

Zaterdag 19 september
Als wij de stad Isfahan naderen moeten wij eerst door een groot industriegebied met staalfabrieken. Eenmaal daar doorheen komen wij op 1575 meter hoogte in een oase terecht waar de Oriëntaalse stad met zijn paleizen en felgekleurde koepels en schitterende tuinen en parken verscholen ligt.

Een stad als een uitgedijd park. Het vele groen is mogelijk door de Zayandeh Rud, een rivier die vanuit het Zagrosgebergte dwars door de stad loopt, maar in de zomer meestal droogvalt.

Met enige moeite komen wij door het drukke verkeer en via éénrichtingswegen op onze parkeerplaats bij een hotel in het centrum. Daar wacht ons een verrassing! Hans lokt ons met een smoesje zijn wagen in en … daar zitten onze vrienden Gerard en Betty!! We zijn stomverbaasd en zeer verrast door hun komst, temeer daar zij ons in de waan hadden gelaten ver voor ons uit in Iran te zijn. Hans, Nancy, Gerard en Betty hebben veel plezier beleefd aan het organiseren van deze surprise.

En de tweede verrassing komt uit de auto van Gerard en Betty: zij hebben voor deze gelegenheid een fles wijn bewaard (zij hebben geheime vakjes in hun auto)!!

Daarna eten we met ons vieren in het Abassi hotel, een vroegere karavanserai met een prachtige binnentuin. Heerlijk bijpraten en genieten van het weerzien.

Zondag 20 september
Met de anderen trekken wij de stad in. De meeste bezienswaardigheden liggen rondom het centrale Imam plein gegroepeerd, waardoor alle historische gebouwen te voet bereikbaar zijn.

ir0915-470-kopiewp

Vanaf het koninklijk paleis Ali Qapu (1600) hebben we goed zicht over het Imam plein en met name op de mooie koepel van de Lotfallah moskee.

In de bovenste verdieping van het paleis is de prachtig gedecoreerde muziekzaal gevestigd. Verder is de troonzaal met zijn mooie fresco’s het bezoeken waard.

Opvallend is dat in veel paleizen en huizen de deuren voorzien zijn van twee verschillende kloppers, één voor de vrouwen en één voor de mannen. Daardoor liep je niet het gevaar als vrouw de deur voor een man te openen en omgekeerd.

De tegenover het paleis gelegen Lotfallah moskee met zijn fel blauw en geel betegelde muren en koepel is een combinatie van verfijning en harmonie. Ongelooflijk wat een schoonheid. Geruime tijd brengen wij door in deze inspirerende omgeving.

Onze maag rammelt en wij laten ons met een taxi naar één van de beste restaurants brengen: restaurant Khangostar horend bij hotel Jolfa in de Armeense wijk. Wij hebben voortreffelijk gegeten en besluiten ter plekke hier morgen terug te komen!

Maandag 21 september

namabg1-tekst-groter namabg2-tekst2-groter

Als we afscheid hebben genomen van Betty en Gerard die in rap tempo doorgaan richting huis, bezoeken wij paleis Sotun met zijn parken en bewateringsystemen. Daarna gaan we weer naar de Armeense wijk Jolfa en bezoeken de Vank kathedraal. Even iets anders dan de vele moskeeën, maar minder imposant.

Dit in tegenstelling tot het er tegenover liggende museum waar indrukwekkende foto’s, brieven, boeken en documenten liggen over de Armeense genocide in 1915 door de Turken.

Vanwege de verjaardag van Nancy bieden wij Nancy en Hans een lunch aan in ons favoriete restaurant van de vorige avond. Het is wederom genieten.

Aan het einde van de dag nog even de bazaar over om nog enige souvenirs te scoren. Bij een antiekwinkel zie ik een prachtige spiegel met beschilderde miniatuurtjes op de luikjes. Uiteindelijk besluit ik het niet te kopen. Later is Marijke teruggegaan en heeft het als verjaardagscadeau voor mij gekocht!

Verder vinden wij de vele trainingsapparaten in de parken bijzonder. Ze worden intensief gebruikt door mannen in pak en vrouwen in chador. Ook voor de kinderen staan overal speeltoestellen.

De Iraanse keuken met zijn vele kruiden is heel gevarieerd en erg lekker. Er zijn ongelooflijk veel eettentjes en je kunt er als buitenlander prima eten zonder direct naar de loperamidepillen te moeten grijpen.

ir0915-862-kopiewp

Esfahan is een heel groene stad. Er is gigantisch veel water nodig om in deze woestijnstad bomen en struiken te laten groeien. Het is opvallend hoeveel water er verspild wordt doordat slangen stuk zijn of op plaatsen liggen waar het niet nodig is. Alsof mensen de slangen niet repareren en vergeten de kraan dicht te draaien terwijl er zo’n watergebrek is.

De beleefdheid waarmee mensen je in winkels bedienen en op straat bejegenen is een opvallend contrast met de wijze waarop dat in Nederland gebeurt, het is alsof je in het verleden kijkt.

Mannen nemen een centrale plaats in de Iraanse samenleving in. Dit is alleen al te zien aan de toiletten. Er zijn over het algemeen een paar vrouwentoiletten tegenover een groot aantal mannentoiletten. Bovendien zijn de vrouwentoiletten veel soberder ingericht. Deze kennis is opgedaan in een vergelijkend onderzoek tussen de mannen en vrouwen van onze groep!

In de diverse steden is aan de dracht van de vrouwen af te lezen hoe conservatief de gemeenschap is. Het aantal zwarte chadors in vergelijking met hoofddoeken is een van de duidelijkste graadmeters.

De meeste souvenirs zijn handgemaakt, wel vragen wij ons af hoe lang het nog zal duren voordat de Chinezen met hun fabrieksprullaria deze markt zullen overnemen. De eerste tekenen dienen zich al aan.

Iran heeft in tegenstelling tot de omliggende landen een uitstekende infrastructuur. De wegen, ook de binnenwegen, zijn allemaal geasfalteerd en zonder gaten. Overal zijn verkeersborden maar die worden door veel Iraniërs op eigen wijze geïnterpreteerd, als buitenlander vergt het veel lenigheid om je hiertoe te verhouden.
Onze grootste verbazing geldt het feit dat wij nog steeds geen deuk in onze camper hebben!

Dinsdag 22 september
Veel hebben wij nog niet gezien van Esfahan. Ook deze prachtige stad aan de zijderoute verdient meer tijd en die hebben wij niet. Bovendien kunnen wij geen moskee meer zien en gaan we zelfs over tot het cancelen van een bezoek aan de conservatieve stad Qom.

Als wij langs Kashan komen, een handelsstad aan de zijderoute, bezichtigen we nog een paar schitterende paleizen, waarin de sultans met hun harem woonden.

ir0915-723

Opvallend zijn de vele gelijkvormige kamers met open haard en badmogelijkheid. Er is veel glas in lood en prachtig stucwerk op muren en plafonds met dieren- en bloemmotieven.

Het is allemaal schitterend, maar ons uithoudingsvermogen vertoont deuken en wij zijn blij als wij ’s avonds vroeg ons bed kunnen opzoeken.

Woensdag 23 september
Op naar Teheran, nog een kleine 200 km. Het verkeer is hectisch en druk.

ir0915-740-tekst-kopiewp

Onze overnachtingsplek is aan de noordkant van de stad. Marijke navigeert en ik probeer me zonder schade in de weinig opengevallen plekjes te wringen om door te kunnen rijden.

Tevreden kijken wij elkaar aan, het gaat bijzonder goed. Totdat wij de verkeerde afslag nemen … en onverwacht bij een zeer grote supermarkt uitkomen. Heerlijke toevalligheid! Met verse vis, vele lamskoteletten, alcoholvrij bier en zoetigheden begeven wij ons weer naar de auto. Nu nog doorkrijgen waar we precies zitten. Met een beetje geluk en de navigatiekunst van Marijke komen wij weer op de goede route.
Via een steile weg rijden we naar de parkeerplaats. Vanuit de zijspiegel zie ik zwarte rookpluimen uit de uitlaat komen, de slechte diesel laat zich gelden.

Terwijl wij op de parkeerplaats met Hans ons niet meer sluitende dakraam met spanband vast zetten, zijn enkele anderen met de taxi naar Teheran vertrokken voor een bezoek aan het nationaal museum. De overblijvers genieten samen van de heerlijke lamskoteletten.
Bij terugkomst blijkt ons museumgroepje meer tijd in de taxi te hebben doorgebracht dan in het museum (vier uur taxi, een uur museum).

Donderdag 24 september
Nadat wij vanwege de verjaardag van Gerard samen koffie hebben gedronken, beginnen we aan onze tocht naar de Kaspische Zee. Wij zijn niet de enigen op de prachtige groene bergweg. Het is vandaag Offerfeest (moslims gedenken dat Abraham op bevel van God zijn enige zoon offerde), de moslims hebben dan drie vrije dagen. Overal staan auto’s aan de kant van de weg met daar tussen en naast tapijtjes vol etende mensen.

ir0915-777-tekst-kopiewp

De klamme hitte, het drukke verkeer en de gigantische rotzooi langs de kust stemmen ons niet vrolijk. Zwemmen is voor ons niet mogelijk, tenzij geheel gekleed. Dan maar aan het verslag werken.

Lichtpuntje: de aangeklede ‘borrel’ bij Gerard en Hanny waardoor koken overbodig werd.

Vrijdag 25 september
De kleine driehonderd kilometer naar het nationale park Gisum voert langs een van de weinige slechte wegen in Iran. De vele bobbels, de talloze brommertjes die je links en rechts snijden, verkeersregels die genegeerd worden doen ons afvragen hoe de Iraniërs aan hun rijbewijs komen. Het valt ons op dat zij nauwelijks anticiperen en geen inschatting kunnen maken van de situatie op de weg. Het is ‘Allah zege de greep’. Maar goed dat er in Iran geen alcohol wordt geschonken, het zou nog meer verkeersdoden tot gevolg hebben.

Op de autoweg langs de kust passeren wij een auto die een hondje aan een touw achter zich aansleept. De vrouw houdt door het open raam het touw vast. Het beestje spartelt en krijst, wij zijn verbijsterd. Wij blijven eerst een tijdje naast de auto rijden en wijzen op het voortgesleepte hondje. De bestuurder doet alsof hij gek is. Wij stoppen iets verderop en vragen ons af wat we kunnen doen. Na een tijdje komt de man langs rijden, het hondje is verdwenen. Het duurt lang voordat het beeld van het spartelende hondje van ons netvlies verdwijnt.

Wij rijden kilometers door het nationale park vol met kamperende mensen voordat wij aan de kust komen. Afgezonderd van de drukte zien wij een prachtig afgezet stukje schoon strand met alleen een paar zwemmende mannen. Fantastisch plekje voor onze camper. Als wij de auto willen installeren komt een jongen verschrikt aangelopen die ons duidelijk maakt dat dit strand alleen voor mannen is en dat wij onder geen beding daar mogen staan.

Wij verkassen naar het drukke gedeelte en hebben een mooi plekje aan zee, midden tussen de kamperende Iraniërs die ons weer van alles komen brengen, lever aan een spies, vijgen, meloenen; alles wordt gedeeld.

ir0915-783-tekst-spies ir0915-784-tekst-vijgen

De diverse gesprekken met de Engels sprekende tieners zijn boeiend. Toch zijn wij blij als wij om negen uur onze deuren sluiten en de hoofddoek afgaat. Eindelijk weer onze privacy.

Zaterdag 26 september
Omdat wij vanavond in Tabriz willen zijn en driehonderd kilometer bergweg moeten rijden, stappen wij om acht uur in de camper. De secundaire weg door het binnenland is steil maar schitterend. In zeer korte tijd stijgen wij van zeeniveau naar 1000 meter en later naar het hoogste punt (2350 m).

In het bergdorp Khalhal doen we een paar inkopen en drinken koffie met gebak. De jongen van de bakker glundert als Marijke bij hem gebak komt kopen. Hij kijkt rond of iedereen wel in de gaten heeft dat hij een toerist bedient, het is ontwapenend om te zien. Wij worden vriendelijk en met belangstelling bekeken, toeristen komen hier nauwelijks. Ons bosje koriander mogen we gratis meenemen.

Eenmaal uit de stad blijken de wegen anders te lopen dan onze navigatie aangeeft. Ook zijn er wegwerkzaamheden waardoor we ons niet kunnen oriënteren. Carla en Tom en Nancy en Hans komen ons achterop, zij hebben hetzelfde probleem. We besluiten gezamenlijk verder te rijden. Uiteindelijk lukt het ons om de hoofdweg te vinden.

ir0915-814-kopiewp

Prachtige rotsformaties in groene, rode, grijze en bruine tinten omgeven de weg aan weerszijden.

Als wij in Tabriz aankomen is de temperatuur gedaald tot 24 graden. Het voelt voor ons koud aan. Wij overnachten in een park.

Zondag 27 september
Met een taxi laten wij ons naar het centrum van Tabriz brengen. Tabriz groeide in de achtste eeuw na Christus uit tot een belangrijk knooppunt aan de noordelijke zijderoute richting Trabzon aan de Zwarte Zee. Tabriz is vooral bekend door zijn beroemde geknoopte tapijten. De sfeer in de stad is anders dan in de steden die wij tot nu toe bezocht hebben. Mensen zijn onvriendelijk, wantrouwend en afwerend. Het valt ons beiden op.

Als wij een taxichauffeur vragen ons naar een bepaald restaurant te brengen en een prijs afspreken, merken wij dat hij de weg niet weet. Wij komen in een heel ander gedeelte van de stad uit. Als wij zeggen te willen uitstappen, wil hij het dubbele van het afgesproken bedrag. Wij doen het niet, met verwensingen roept hij ons na. Het restaurantje uit de gids vinden wij, maar de aanbevelingen kloppen niet met de werkelijkheid.

ir0915-828 ir0915-834 ir0915-835

De bazaar in Tabriz is één van de oudste en grootste bazaars van het Midden-Oosten. De oppervlakte van de bazaar is drie vierkante kilometer en daardoor in Iran de grootste. Er zijn ongelooflijk veel winkeltjes met gouden sieraden. Wij zien een schitterende armband van goud en zilver. Binnen vragen wij naar de prijs: 1600 dollar! Al het zilver blijkt witgoud te zijn. Er wordt gretig gekocht, maar niet door ons.

Het enige in Tabriz dat wij niet willen missen is de wereldberoemde Blauwe moskee, zogenoemd naar de heldere kobaltblauwe kleuren van de koepel. Het is mooi, maar we zijn echt moskee-moe. Terug naar de camper dus.

Maandag 28 september
Vanuit Tabriz rijden wij vandaag richting Turkse grens. Onderweg zien wij eindeloze meloenvelden. Als wij stoppen bij enkele velden en zeggen enkele meloenen te willen kopen, worden deze naar onze camper gebracht en als cadeau aan ons aangeboden. Later blijken het pompoenen te zijn …!

De korte tocht brengt ons naar een afgelegen Armeens klooster in Qara Kelisa. Volgens de overlevering werd de kerk in 68 na Christus gebouwd op de resten van een heidense tempel. Het oudste gedeelte van het klooster van Sint Thaddeus dateert uit de zevende eeuw na Christus. De uit zwart-witte stenen opgebouwde kerk stamt uit de tiende eeuw. Aan de zwarte stenen dankt de kerk haar bijnaam van Zwarte kerk. De apostel Thaddeus zou hier begraven zijn.

De kerk is in 1319 getroffen door een aardbeving en in 1329 weer opgebouwd. Het is een juweeltje van Perzische en Byzantijnse kunst. De reliëfs aan de buitenkant van de kerk tonen scenes uit de kerkgeschiedenis, en dier- en bloemmotieven.

ir0915-947wp

Jaarlijks komen hier in juli op de feestdag van de heilige Thaddeus duizenden Armeniërs die op de parkeerplaatsen en in de weide omgeving hun tentjes opslaan. Er worden  misvieringen gehouden en traditionele dansen opgevoerd.

Het is een bijzondere plek: de stilte (wij zijn de bijna de enige bezoekers), de prachtige verfijnde reliëfs en de ligging in het landschap nopen tot meditatie.

In het avondlicht met zicht op het klooster bak ik voor Iris en Marijke 10 pannenkoeken.
Iris vertrekt na de grensovergang van Turkije naar München. Ik krijg van Iris een schitterende miniatuurtekening voor mijn verjaardag waar ik heel blij mee ben.

Wij zitten op 1800 m hoogte en de nachttemperatuur komt niet boven de 4 graden uit.

Dinsdag 29 september
Begeleid door prachtig warm ochtendlicht beginnen wij aan onze laatste dag in Iran. Als cadeautje zien wij de berg Ararat in de verte liggen. De besneeuwde bergtop van deze 5137 m hoge berg is goed zichtbaar. Het verhaal gaat dat Noach met zijn schip op deze berg is gestrand.

ir0915-tekst-ararat-kopiewp

Rond half tien arriveren wij aan de grens met Turkije. Onze tocht door een schitterend Iran is ten einde.

Lees verder:
Turkije