Denemarken

Vrijdag 9 mei 
We hebben een voorlopige planning gemaakt voor onze reis door Denemarken. We zitten nu in Zuid Jutland en het is onze bedoeling om dit schiereiland te verkennen en daarna het eiland Funen en Seeland te bezoeken. En misschien nog een paar kleine eilandjes. Denemarken heeft er 400, waarvan 100 bewoond.
We krijgen van een Nederlander het adres van een prachtige duincamping aan het Ringkobing Fjord. Het is mooi weer en enige zon op onze witte huid kunnen we wel gebruiken. We nemen weg 11 en 24 naar Esbjerg. Lange vrachtwagens gaan richting haven. Ze zijn te groot voor sommige rotondes, daarom is er een weg met slagboom dwars door de rotonde gemaakt zodat zij rechtdoor kunnen rijden. Ik heb dit nog nooit eerder gezien.
We volgen in Esbjerg de haven om de vier levensgrote witte beelden te zien die over de zee uitkijken. Ze hebben als titel “de mens ontmoet de zee”. De sculptuur is meer groot dan mooi. Het is voor ons een prima koffieplek.


We raken steeds meer onthaast, zoals de Denen. De mensen zijn zeer relaxt. De wegen zijn niet vol. Overal is ruimte. Heerlijk.
Rond half twee zitten we op camping Norre Lyngvig, 48 hectare groot. We hebben een schitterende plek in een duinpan vlakbij zee. Heel rustig, alleen vogelgezang. Onze dag kan niet meer stuk.

Aan het begin van de avond arriveren twaalf Duitsers met caravan, tent en partytent. Hoewel er genoeg plek is gaan ze vlak naast ons staan. Tot twee uur ‘s nachts genieten we van housemuziek en hard gelach.
Wij hebben de meest agressieve dromen tot nu toe. We zetten brandweerslangen op de tent, trekken de stekker uit het stopcontact en vallen dan toch uiteindelijk in slaap. Als we ‘s morgens om 6 uur gewekt worden met housemuziek gaan we bijna door ons tentdak. In de loop van de morgen breken mensen tenten af om die elders weer op te zetten.
Wij zijn niet van plan onze mooie plek te verlaten voor deze terreur en gaan op oorlogspad.
De groep zit net bijeen in hun partytent als wij komen aanlopen. Een vent ligt volkomen laveloos in een hoek. Bij ons verschijnen wordt snel een deken over hem heen gegooid. Dankzij onze boosheid komen de Duitse woorden op het juiste moment vloeiend boven drijven. Ze hebben de boodschap begrepen en zullen dimmen. Om 11 uur ‘s avonds is het rustig.

Zondag 11 mei, 1e Pinksterdag

We hebben schitterend weer, niet warm, wel zonnig. We rijden rond het meer, drinken koffie in Ringkobing aan de haven, fotograferen het beeld “The survival of the fattest” en rijden via de oostkant van de fjord naar de volgende camping, 60 km verder. Onderweg slaan we grote garnalen in voor de avondmaaltijd.

Maandag 12 mei
We lezen, wandelen en luieren aan het Skavenstrand.

Dinsdag 13 mei
Onze route gaat door Midden Jutland, via weg 28 langs Tarn richting Vejle. Weilanden worden omringd door een afrastering van seringenbomen. Ze staan nu prachtig in bloei.

Witte kerkjes op terpen geven een accent in het landschap en de gekleurde vakwerkhuizen, deels verzonken aan weerskanten van de weg, geven het geheel iets liefelijks.
We rijden een stuk van de margrietenroute, een toeristische route via binnenwegen, en stoppen in Jelling.
Jelling was de verblijfplaats van een Vikingvorst uit de 10e eeuw. Hij veroverde Jutland, Funen en Seeland en stichtte daarmee de staat Denemarken. Voor de kerk staan twee runenstenen uit 983 waarin voor het eerst de naam Denemarken vermeld staat. Historische grond dus.

We lunchen in Munkebjerg bij het Vejle Fjord. We maken de overstap naar het volgende eiland: Funen. Via de westkant rijden we de margrietenroute, wegnummer 313, 323 en 325, naar camping Vindebyore bij Svenborg. Onderweg krijgen we bijna een vos onder de auto. Hij was juist bezig zijn buitgemaakte kippetje te verorberen toen wij hem bij zijn maaltijd stoorden.

Eenmaal op de camping sms-en Ruud en Henny, onze IJslandreisgenoten, dat zij 6 km bij ons vandaan zijn en naar ons toekomen. Wij dachten dat zij nog in Nederland zaten.
Leuk om elkaar weer te zien.

Woensdag 14 mei
Valdemars Slot staat op ons programma. Een barok kasteeltje uit 1756. Het ligt op het eiland Tasinge. Het kasteel werd door Koning Christiaan IV geschonken aan admiraal Niels Juel vanwege zijn bijzondere verdiensten voor het vaderland en als compensatie voor achterstallig salaris. Ook nu nog is het kasteel in handen van nazaten van deze beroemde admiraal.

Het bijzondere aan dit kasteel is dat vele vertrekken gemeubileerd zijn en open staan voor publiek. Overal hangen schilderijen van vroegere bewoners en foto’s van de huidige nazaten. Het geeft de indruk dat het kasteel wordt bewoond, wat natuurlijk ook zo is. Je mag niets aanraken, maar wel overal rondlopen. Er zijn nauwelijks mensen. De keuken in de kelder is nog ingericht alsof hij in gebruik is. Overal koperen ketels, potten en pannen en allerlei aardewerk. Wij vinden het een uniek kasteeltje en beslist een bezoek waard.
We maken nog een tocht op het eiland Langeland en komen langs een imposante 400 jaar oude eik met een omtrek van 7.30 meter, en vele prachtige vakwerkhuizen.

Het blijft zonnig weer met temperaturen rond de 16 graden. In de namiddag komen we terug op onze camping in Vindebyore.

Donderdag 15 mei
Ons tweede kasteel is Egeskov. Het wordt beschouwd als een van de mooiste renaissance kastelen van Denemarken en dat is het ook. Egeskov betekent eikenbos en het kasteel heeft deze naam gekregen omdat het midden in een meer is gebouwd op een fundering van eikenbomen.

Ook dit kasteel is volledig ingericht. Alleen een brandend haardvuur ontbreekt. Een van de bijzonderheden is een gigantisch poppenhuis op schaal gemaakt. Ook hier dwalen we met z’n tweeën door de ruimtes.

      

 

 

De tuinen zijn prachtig aangelegd met veel gevoel voor kleurencombinaties. Heel oude hagen van haagbeuk, doolhoven en hangbruggen voor kinderen. Er zijn diverse musea, o.a. van oude rijtuigen en auto’s. We brengen hier uren door en genieten van alles rondom ons.

 

 

We rijden langs de oostkust van Funen naar Nyborg om daar de brug naar Seeland over te gaan. De brug is sinds 1998 klaar. Het zijn twee bruggen die samenkomen op een kunstmatig aangelegd eiland in zee. De totale lengte van de bruggen is 13,6 km. Er is twaalf jaar aan de brug gewerkt. Ze zien er imposant uit.

We rijden naar het eiland Mon, naar de camping Mons Klint waar we Ruud en Henny weer zullen treffen.

Vrijdag 16 mei
Mons Klint staat bekend om zijn kalkrotsen.

Met ons vieren maken we een wandeling langs de rotsen en bezoeken het Geocenter van Mons Klint. Op een schitterende manier wordt hier zeer aanschouwelijk via video en computeranimaties de geologische ontwikkeling van Denemarken weergegeven. Dit centrum bestaat sinds 2007. Ongelooflijk boeiend, ook voor kinderen.

Zaterdag 17 mei
We zitten vanuit de camping vlakbij het slot van Liselunde. Een piepklein kasteel met rieten dak in een prachtig park. Het was een cadeau van een verliefde man voor zijn vrouw. Het is te hopen dat ze van dit zomerverblijf heeft genoten, want het is wel een juweeltje.

Er zijn op het eiland Mon ook nog een paar interessante kerkjes te zien met fresco’s uit de 14e eeuw. Het kerkje van Elmelunde is de bekendste. Een onbekende schilder heeft de hele kerk beschilderd met bijbelse taferelen. Ze zijn niet erg verfijnd, maar hebben een ontroerende natuurlijke uitstraling. Ook in de kerk van Keldby zijn fresco’s van hem te vinden.

     

Via weg 287, E47 en 293 belanden we weer op de margrietenroute. Het is een plezier om deze rustige mooie route langs de kust van Falster te rijden.
Nadat we ook in Kettinge nog een kerkje met fraaie fresco’s hebben bewonderd, gaan we naar de camping in Nysted. Onderweg is het ons gelukt om verse vis en een gerookte forel te bemachtigen. We hebben de ingrediënten voor een lekkere maaltijd. De camping heeft echter een restaurant en dit verandert onze plannen. We eten lekker in het restaurant. De vis is voor morgen.

Zondag 18 mei
We brengen de dag door met het klaarmaken van de gegevens voor de website.
Ook hier genieten we van de mooi verzorgde camping. Op de campings bestaat de mogelijkheid om binnen in een gebouw te koken. Vaak zijn er zelfs diepvrieskisten, koelkasten, ovens en magnetrons. Diverse keren hebben we bij de kookafdeling op de camping kruidenpotten gezien vol met allerhande kruiden voor gebruik. Wat een service.

Morgen vertrekken we naar een camping in het centrum van Kopenhagen.

Maandag 19 mei 
Half zeven staan we naast ons bed. De weg naar de camping wordt opgebroken en we hebben de keuze voor 8 uur of na twaalf uur te vertrekken.
Om 10 uur zijn we al bij de stadscamping in Kopenhagen, zo ook Ruud en Henny. We staan in een fort in Charlottelund en zijn omgeven door grote kanonnen. Dat wordt veilig slapen.

Het is ondanks de zon ontzettend koud, 8 graden. We halen de winterkleding uit de kisten en zijn klaar voor een stadswandeling in Kopenhagen.
Met Ruud en Henny afgesproken de stad op eigen manier te verkennen en ‘s avonds elkaar weer te ontmoeten op de camping. Dan kan ieder zijn eigen interesses volgen. Ondanks warme kleding hebben we het koud.
De Denen zijn echter geen koukleumen, bij de eerste zonnestralen zitten zij op de terrassen met muts en jas aan en een deken om. Elk zichzelf respecterend terras heeft zijn eigen kleur deken en dat levert vrolijke taferelen op. Bij deze lage temperaturen zien we ook mensen in korte broeken lopen en in zomerkleding. De koude rillingen lopen ons over de rug.
Als we overvallen worden door stortregens beginnen we met een Deense lunch en ja, natuurlijk met vis.
We duiken een Deens designmuseum in en komen er ontgoocheld uit omdat er nauwelijks iets te zien was en gaan opgewekt verder.

We wilden vandaag sfeer proeven en dat doen we. We lopen een uitgezette wandelroute en leren op die manier een beetje de structuur van de stad kennen. Het is een schone stad met ongelooflijk veel café’s en restaurantjes. We zien nauwelijks allochtonen. In totaal hebben we misschien vier hoofddoekjes gezien. De kleurrijkheid van Amsterdam is hier ver te zoeken. Ze hebben kennelijk de deuren goed gesloten gehouden. Rond zes uur zijn we terug in ons fort.

Dinsdag 20 mei

We lopen via de botanische tuinen naar het slot Rosenborg. Dit koninklijke paleis in Renaissance stijl is het meest bezochte kasteel van Denemarken. Het was aanvankelijk een zomerpaleis van Christian IV en latere koningen, maar is nu als museum in gebruik. Het staat vol met schilderijen, meubelen en snuisterijen. De kelder van het kasteel is de schatkamer, hier liggen alle kroonjuwelen en vele gouden sierraden opgeborgen. Voor de kelderdeuren staan twee gewapende soldaten. Overal sluisdeuren die dicht kunnen vallen. (Zit je dan met je gestolen juwelen tussen twee sluisdeuren gevangen….) En uiteindelijk passeren we nog een deur van een halve meter dikte. In de ruimte zelf schittert het goud je tegemoet. Een bewaakster op een stoel kijkt spiedend rond. Bij zoveel tegenwerking haal je het toch niet in je hoofd om iets mee te nemen.

Vervolgens gaan we naar het slot Amalienborg. Het is de officiële residentie van koningin Margaretha II. Nadat we een combinatiekaartje voor slot en museum hebben gekocht, blijkt het slot in restauratie te zijn. Een klein minpuntje voor de Denen, hadden ze even kunnen melden voordat wij het kaartje kochten. Het museum is nauwelijks de moeite waard.

Het is bijna 12 uur en we kijken nog even naar het wisselen van de wacht. Hier zien we de eerste twee politieagenten sinds ons verblijf in Denemarken. Nergens hebben we tot nu toe “blauw” op straat gezien.

We lopen naar Nyhavn. Een 300 m lange gracht met gekleurde huizen. We wanen ons even in Amsterdam. Op een gezellig terras gaan we zitten, eten iets en worden bezongen door een paar jongens met viool en gitaar. Om ons heen wordt veel gedronken. We verbazen ons omdat de prijzen voor een pils rond de 4 à 5 euro en voor een glas wijn rond tussen de 6 en 10 euro liggen. Toch doet iedereen of het Spaanse prijzen zijn.

                  

De terrassen zijn soms aangekleed met de mooiste designstoelen. De vlinderstoeltjes van Arne Jacobsen staan op menig terras.
Als afsluiting maken we nog een toer door de grachten van Kopenhagen en zien de mermaid aan de achterkant. Ik geloof dat ze er aan de voorkant leuker uitziet.

Moe stappen we in de bus naar de camping.
‘s Avonds trakteren we ons op een etentje aan het water in het restaurant bij de camping. We hebben voortreffelijk gegeten en eenmaal in onze camper constateert Marijke met schrik dat we voor die prijs wel 5 keer op een camping hadden kunnen overnachten….!
Het heeft soms ook voordelen om pas achteraf achter de juiste koersverhoudingen te komen.

Woensdag 21 mei 
Het wordt onze laatste dag Kopenhagen. Vandaag staan enkele musea op ons lijstje, ze liggen bij elkaar en vele musea zijn op woensdag vrij toegankelijk. En gezien onze uitspatting van gisteren letten we weer even op de kleintjes.
In het stadhuis van Kopenhagen staat een grote wereldklok gemaakt door Jens Olsen. Een planetariumklok die in 1955 in gebruik is genomen en waar Olsen 27 jaar aan heeft gewerkt. Het is een ingenieus draaiende klok van slingers, gewichten en tandwielen. Eens per week wordt de klok opgewonden. De klok heeft een kalender voor de komende 570.000 jaar! Prachtig.

Dan naar de Ny Carlsberg Glyptotek. Helaas, het gratis bezoek op woensdag is een jaar geleden afgeschaft en deze informatie heeft de reisboeken van 2008 nog niet bereikt. Jammer dan. Willen we op de kleintjes letten, wordt het ons niet toegestaan.
De eerste beelden voor dit museum werden geschonken door de oprichter van de Carlsbergbrouwerijen, vandaar de naam. Wij willen graag de zaal zien met de beelden van Rodin, zoals de kus en de bronzen beelden van de burgers van Calais. Schitterend. Ook de afdeling oude Egyptische kunst is een bezoek waard.

                               

In het Nationaal Museum, wel gratis, hebben we een wandeling door de tijd gemaakt. Na een uurtje vonden wij het genoeg en hebben een terras in de zon opgezocht, maar niet voor dat we een paar mooie “meeneembare” designcadeaus hebben gekocht.
We hebben van Kopenhagen genoten en hebben ook weer behoefte aan natuur.

Naar verslag Zweden