Marokko deel 5

Dinsdag 22 november
Het is bewolkt en het miezert. Geen weer voor nog een stranddag, hoewel dat wel de bedoeling zou zijn. De groep vertrekt naar Fort Bou Jerif en wij naar Tiznit. Omdat in dit gedeelte van de reis voor ons veel herhalingen zitten maken wij keuzes in wat wij wel en niet voor de tweede keer willen zien.
Door het slechte weer is de weg naar Tiznit geblokkeerd. We worden via slibberige smalle weggetjes omgeleid. Het is soms passen en meten om elkaar te kunnen passeren.

Uiteindelijk bereiken wij Tiznit en staan voor de derde keer op camping Municipal, vlakbij de ingang van de stad. In 2007 waren wij er voor het laatst. Het terrein is uitgebreid, maar de faciliteiten zijn niet verbeterd. Het zelfde oude sanitair als bij onze eerdere bezoeken.
Het regent uren achtereen en aan een wandeling door Tiznit komen wij niet toe, evenmin aan wassen.

Woensdag 23 november
Op 5 km afstand van Tiznit vinden wij een grote en mooi verzorgde camping met uitstekend sanitair. Een heerlijke rustige plek om te internetten en de site bij te werken.

De vriendelijke campingbaas neemt, omdat hij geen wasmachine op de camping heeft, onze was mee en brengt het de volgende dag gestreken terug.
Hier staan nauwelijks campers terwijl vanuit deze camping elk half uur een bus naar Tiznit vertrekt. We zouden deze man graag wat meer campinggasten gunnen i.p.v. de gemeente Tiznit.

Donderdag 24 november
Een rommelig campingdagje.

Vrijdag 25 november
Op naar Agadir om in de Carrefour wat boodschappen te doen en enkele flessen wijn in te slaan.

Waarom hebben ze de supermarkt toch in hartje centrum gesitueerd!
Er is veel en gevarieerd aanbod van groente, fruit en vlees. Sinds de koning in heel Marokko de plastic zakjes verboden heeft wordt  alles in papier verpakt. Het gaat zelfs zover dat er ook nergens meer pedaalemmerzakken of vuilniszakken te koop zijn. Knap lastig als je deze niet voldoende in voorraad hebt.
Als laatste gaan wij op zoek naar de drankafdeling. Uiteindelijk, bij navraag, blijkt deze in de kelder te zitten. Het is niet de bedoeling dat je deze afdeling zomaar vindt….
Marijke loodst mij behendig Agadir uit en zet ons op de weg naar Essaouira.

Uit Reisemobil International hebben wij een camping in Kaouki Beach gekozen met een nogal lovende recensie. Het witte smalle weggetje er naar toe is verrassend mooi. Er lopen veel dromedarissen langs en over de weg.

De camping is bloemrijk, en ligt redelijk dicht bij het strand maar ziet er in de stromende regen nogal mistroostig uit. Bij de ingang zit niemand en uit de paar campers die er staan komt ook geen spoor van leven. Ineens schiet door de smalle entree een hele kudde geiten het terrein op en stort zich en masse op de pas gepote plantjes en struikjes. Paniek alom. Van diverse kanten komen mensen tevoorschijn die met stokken en stenen de onwillige geiten weer door de nauwe ingang van de camping duwen. Daarna verdwijnt iedereen weer.
De regen valt met bakken uit de hemel en blijft dit de hele nacht doen.

Zaterdag 26 november
Alle gaten in de weg zijn gevuld met regenwater. De diepte is moeilijk te peilen, maar daar komen wij proefondervindelijk achter. In hoge snelheid passeert ons op de smalle weg naar Essaouira een Franse camper die ons de berm in duwt en tegelijkertijd onze spiegel  raakt. Wij laten een aantal kreten die we niet op schrift stellen en constateren dat hij stuk is, maar nog wel reparabel.

Wij verbazen ons over de vele soorten helmen die mensen op scooters en brommers dragen. De meesten zitten niet vast, passen niet, staan achterste voren op hun hoofd, dienen meer voor de sier dan voor de veiligheid. En sommige helmen doen denken aan soldaten uit de Tweede Wereldoorlog.

Onder die helmen zitten alleen maar mannen. Je ziet nauwelijks een vrouw op fiets scooter of brommer. Als uitzondering soms een meisje op de fiets.
De groep is de vorige dag op de parkeerplaats in Essaouira gearriveerd en wij zullen hen om elf uur daar ontmoeten om samen de stad in te gaan.
De parkeerplaats ligt midden in het centrum en is een ideale plek om van daaruit de stad te bezoeken. Er is veel veranderd in de afgelopen tien jaar: de pleinen zijn geasfalteerd, een gedeelte van de oude medina gerestaureerd en men is nog volop bezig om kade en  stadsmuren voor verval te behoeden. Het haventje is nog steeds zoals het was, rommelig, veel oude boten, veel afval, veel meeuwen en katten. Schippers van kleine vissersbootjes verkopen hun vers gevangen vis vanaf de kade.

 

Door de aanhoudende regen maken wij onze wandeling wat korter dan gepland.

   

’s Avonds eten wij in La Table Madada, een sfeervol restaurant met open haard en meer dan voortreffelijk eten. Een aanrader!

Zondag 27 november
Ondanks de regen lopen we toch het stadje in. Het hele plein is afgezet, overal politie en mensen in pak. Vuilnismannen staan in gelid opgesteld naast hun als nieuw uitziende vuilniswagens.

Als wij het goed hebben begrepen kwam de minister van “milieu” deze vuilniswagens aanbieden en inspecteren. Na afloop is er muntthee en een uitgebreid taartjesbuffet voor de genodigden. Zag er heerlijk uit. Vraag mij af of de vuilnismannen ook iets hebben gekregen.
De middag hebben wij gebruikt om aan de website te werken.

Maandag 28 november
Er hangt een depressie boven Marokko, het weer wil niet opklaren. Wij rijden rechtstreeks naar de inmiddels ons bekende camping Ourika in Lagouassem bij Marrakesh.
De groep gaat naar Safi en wij zullen elkaar de volgende dag in Marrakesh ontmoeten. Marijke is de hele dag bezig om foto’s op de site te zetten, hetgeen door het gebrekkige internet maar niet wil lukken. In de loop van de middag horen wij dat de kustweg vanwege de regen onbegaanbaar is en Safi niet bereikbaar. De groep draait om en aan het einde van de middag staat iedereen op de camping waar wij al zitten.
Omdat de meesten van ons geen zin hebben om te koken, eten wij in het restaurant op de camping. Aan tafel ontstaat een stevige discussie over het gedrag van een paar stenengooiende Marokkaanse jongens. De meningen zijn nogal verdeeld, afhankelijk van ieders ervaring en interpretatie van het gebeuren.

Dinsdag 29 november tot donderdag 1 december
De komende dagen zullen wij in Marrakesh doorbrengen. Onze campers staan op een parkeerplaats in de buurt van de Koutoubia Moskee, hartje centrum en op loopafstand van het plein Djemaa el Fna. Beter kunnen wij het niet treffen.
Wij merken dat in Marrakesh ook het nodige is veranderd. De koetsjes staan keurig in rijen van twee aan een kant van de weg opgesteld. Er lopen zelfs goten langs de stoeprand om de paardenvijgen op te vangen! Het hele plein is geasfalteerd, de eettentjes zijn aanzienlijk uitgedund, maar voldoen nu wel aan de hygiënische eisen van deze tijd. Slangenbezweerders, verhalenvertellers en acrobaten laten nog steeds hun kunsten zien. En toch vinden wij dat het plein iets van zijn charme van vroeger heeft verloren. We missen de chaos en de  bruisende sprankelende levendigheid van tien jaar terug. Zijn het slechte weer en de vroeg invallende avond hier debet aan?

Toch vinden wij het een heerlijke stad. Slenterend door de souks genieten wij van de grote hoeveelheid kruiden, de stalletjes met koper en aardewerk, bewerkte sandalen, sieraden en tassen. En daartussen de levende kippen en kalkoenen die ter plekke voor je worden geslacht en schoongemaakt. Verser kan het niet.
Als we weer uren hebben rondgestruind en terug naar de camper willen, wijst de minaret van de Koutobio moskee ons de weg. Wat een plek om te overnachten. Rustig en midden in het centrum.

    

De eerste avond in Marrakesh nodigen Marijke en ik Hans en Nancy uit voor een etentje in restaurant Maison MK midden in de medina en drie minuten lopen van onze overnachtingsplek. Wij lossen daarmee een belofte in die wij eerder aan hen hadden gedaan. Vanaf het boventerras van het restaurant hebben wij een prachtig uitzicht over de stad.

 

Het aangeboden vijf gangen menu wordt geserveerd in een schitterende ambiance en is van een voortreffelijke kwaliteit. Culinair Marrakesh op zijn best!
Een gedeelte van de groep eet ’s avonds op het Djemaa el Fna plein en sommigen in de camper.

De tweede dag bezoeken wij nog eens La Bahia-paleis, El Badi-paleis en de Saadische graven.

 

Daarna lunchen we gezamenlijk met als hoofdgerecht een voortreffelijke pastilla.
Op de terugweg kopen wij een grote hoeveelheid heerlijke kruiden wetende dat wij een aantal mensen hiermee een groot plezier zullen doen.

En dan is het alweer onze laatste dag in Marrakesh. Peter, Leo en Sonja, en Rein en Jenny vertrekken alvast naar de Cascade d’Ouzoud. Hans en Nancy, Liesbeth en Theo en wij blijven nog een dagje in Marrakesh. Ieder kan zijn eigen keuzes maken en zijn rijroute veranderen, mits het vooraf wordt aangegeven.

Op weg naar Ouzoud krijgen Rein en Jenny motorpech. Hans en Nancy, die net op weg waren naar de souk, maken rechtsomkeert en organiseren alles wat nodig is om Rein en Jenny bij te staan. Er moet veel geregeld worden: een oplader om de camper terug naar Marrakesh te brengen, een goede garage die een diagnose kan stellen, en overleg met de verzekering die moet betalen. En Peter die toevallig met zijn camper in de buurt is, biedt mobiele ondersteuning. Uiteindelijk staan Rein en Jenny met hun camper voor de deur van een Fiat-garage in Marrakesh. Men belooft de volgende morgen direct met de camper aan de slag te gaan.

Samen met Liesbeth en Theo bezoeken wij de Medersa Ben Youssef, één van de mooiste  koranscholen van Marokko. Je zou in deze omgeving voor je plezier theologie studeren.

    

Ernaast ligt het Musée de Marrakesh, gevestigd in een paleis uit de de negentiende eeuw. De collectie stelt niet veel voor maar het paleis in Moorse stijl des te meer.

We lunchen in Café Argana, bekend van de terroristische aanslag in april 2011, waarbij 17 mensen om het leven zijn gekomen. In december 2015 is het café weer heropend, en behalve het detectiepoortje bij de ingang, herinnert niets meer aan deze tragedie.

Het koken in Marrakesh hebben wij uitbesteed aan restaurant La Tanjia waar we heerlijke lamsbout en kefta eten.

Vrijdag 2 december
Voordat wij naar de Cascade d’Ouzoud rijden, bezoeken we samen met Hans en Nancy Jenny en Rein. Wij zijn mee om, indien nodig, bij hen achter te blijven. Wij zouden daarbij niets missen omdat wij de watervallen in Ouzoud bij een eerder bezoek al hebben gezien.
In de garage blijkt dat de koppelingsplaat van de camper vernieuwd moet worden. Het onderdeel wordt in Casablanca besteld en zal maandag vervangen worden. Hun overnachtingsplek verdient geen sterretje en is duidelijk niet door Hans en Nancy uitgezocht. Maar het kunnen vertoeven in eigen camper heeft zeker zijn voordelen.

Wij laten Rein en Jenny achter en rijden naar Ouzoud. De zeer bochtige, maar mooie N8 biedt ons prachtige vergezichten.

En het is pas aan het einde van de middag als wij de 200 km achter ons hebben en op camping Zebra aankomen. Een goed verzorgde camping met Nederlandse eigenaars. In de avond eten wij met een deel van de groep in hun sfeervolle tuinkamer-restaurant.

Zaterdag 3 december
De groep vertrekt naar een bergmeer op 2000 m hoogte en wij volgen de N8 richting Fes. We rijden door een vruchtbare streek waar met primitieve landbouwwerktuigen de grond wordt omgeploegd. De ezels doen het zware werk.

Mannen zijn met lange stokken en grote zeilen in de weer om de olijven uit de bomen te slaan en op te vangen.

Het is duidelijk oogsttijd. Aan de kant van de weg wapperen gele en oranje plastic zakjes ten teken dat hier de olijven geperst kunnen worden. Er zijn veel van deze ‘perspunten’ en er wordt druk gebruik van gemaakt.

Wij proberen de vierhonderd kilometers tot aan Fes voor het donker af te leggen, maar het lukt ons niet. We pakken de niet verlichte autoweg in de verkeerde richting, wachten eindeloos op een afslag die maar niet komen gaat en verzeilen dan in Fes  op een punt vanwaar de camping niet bereikt kan worden. Na eindeloos zoeken in het donker vinden we alsnog de ingang van de camping. We zijn moe en uitgeblust, maar tevreden dat wij op deze plek staan. Voor koken is geen energie, dan maar kaas en een glas wijn!

Zondag 4 en maandag 5 december
Omdat onze camping ver van de stad ligt vertrekken wij ook naar de parkeerplaats Place de Bab Boujeloud in Fes. Iedereen behalve Rein en Jenny zullen hier in de loop van de dag arriveren. Het weer is zeer Hollands en de voorspellingen zijn niet hoopgevend. Maar onze plek aan de stadsmuren bij de monumentale Blauwe toegangspoort in Spaans-Moorse stijl is fantastisch. Geen voorzieningen, maar wel in 2 minuten midden in de medina.

    

In de stromende regen lopen wij herhaaldelijk door de souk, leggen eindeloze kilometers af langs allerlei ambachtslieden die de mooiste dingen maken. Hoe lang zal het duren voordat de producten van deze mensen verdrongen worden door geïmporteerd materiaal uit China? Ondanks de regen, die voor de Marokkanen zeer welkom is, verliest niemand zijn goede humeur.

   

Ik probeer de vier borden die ik twaalf jaar geleden heb gescoord, uit te breiden tot zes. Gewapend met een foto van het design belanden wij uiteindelijk in de aardewerkfabriek waar ik de borden heb gekocht. Het design is niet meer voorradig maar kan wel op bestelling gemaakt worden. Wij laten het bij vier en kopen ander blauw aardewerk. Het is ons duidelijk dat wij niet moeten kopen bij de best gesorteerde grote winkels in de souk. Zij vragen prijzen die toeristen kennelijk willen betalen, maar die ver boven de maat zijn. In de kleinere winkeltjes zijn de prijzen redelijker. Een winkeltje, beheert door een vrouw, gebruikt vaste prijzen. Zij zegt “Het is voor jullie en voor mij makkelijker om vaste, redelijke prijzen te hanteren.” En gelijk heeft ze. Wij hebben bij haar het nodige gekocht.

’s Avonds gaan we eten in het door TripAdvisor geadviseerde en gerenommeerde restaurant Numéro 7. Deze blijkt een nieuwe eigenaar te hebben, heet Nur en is net geopend. De belachelijk hoge prijzen staan in geen enkele verhouding tot hetgeen aangeboden wordt en het is absoluut geen aanrader!

De vele bezienswaardigheden in Fes hebben wij bij vorige gelegenheden al bezocht, maar voor de Medersa Bou Inania gaan wij graag voor een tweede keer naar binnen. Zo prachtig!

De leerlooierijen, die inmiddels verkleind en gerestaureerd zijn, verspreiden nog steeds dezelfde stank en de nabij gelegen grote leerwinkels doen hun best de duizenden artikelen aan toeristen te verkopen die steeds kieskeuriger worden. Toch blijft dit gebeuren één van de trekpleisters van Fes.

   

De laatste avond eten wij met Peter in een restaurantje, Le Kasbah, bij de blauwe poort. De pastille is heerlijk evenals de omelet berbere en voor de prijs (acht euro per persoon) zou je hier elke avond kunnen aanschuiven.

Dinsdag 6 tot donderdag 8 december
Op weg naar de camping in Moulay Idriss bezoeken wij ook nog de vierde Koningsstad, Meknes. Het mooiste is de prachtige toegangspoort, Bab Mansour, uit de zeventiende en achttiende eeuw.

Het heeft rijkelijk met keramiek gedecoreerde bogen en marmeren zuilen die  even uit Volubilus geleend zijn. De poort schafte toegang tot de Villa Imperiale, een  enorme stad vol met paleizen, stallen en graanschuren. Met deze stad stond Moulay Ismail een tweede Versailles voor ogen. Hij heeft in elk geval de Zonnekoning overtroffen met zijn 4 vrouwen, 500 concubines en 800 kinderen.
De huidige koning van Marokko is een afstammeling van deze Moulay Ismail … .
Wij bezoeken het weinige wat is overgebleven van deze Koninklijke stad: de stallen die plaats boden aan 15.000 paarden en de overblijfselen van de graanschuren. Daarbij is het niet moeilijk een voorstelling te maken van de vroegere grootte van de stad.

  

Wij verlaten Mekness om naar onze camping Zerhhoun Belle Vue in Moulay Idriss te rijden. Een kleinschalige goed verzorgde camping met vriendelijk personeel waar ’s morgens bij elke camper een kopje muntthee wordt geserveerd.
Als we in het begin van de avond de camper horen van Rein en Jenny komt iedereen zijn warme camper uit om hen te begroeten en hun wederwaardigheden over de afgelopen dagen te horen.
De volgende dagen brengen wij door met poetsen, wassen en het werken aan de website terwijl anderen Volubilis en Moulay Idriss bezoeken (door ons bij vorige reizen al gedaan).
Het is bekend dat deze streek uitstekende olijfolie en de beste noga levert. Marijke en ik bestellen ieder een pond noga en samen 5 liter olijfolie en denken dat wij daar de winter wel mee door komen.

Vrijdag 9 december
En dan gaan wij naar Cabo Negro, naar een camperplek bij een manege en een goed hotel/restaurant. Op deze laatste dag van onze reis hebben wij hier ons afscheidsetentje.
Het restaurant is in kerstsfeer (eigenaar is een Fransman), de open haar brandt en de tafel is feestelijk gedekt.

Met een drankje kijken wij naar een korte en goed in elkaar gezette fotopresentatie van Hans en Nancy over onze reis.
Rein doet namens de groep een dankwoord. Iedereen kijkt tevreden op deze reis terug en is vol lof over de begeleiding van Hans en Nancy.  Een mandje met kleine symbolische cadeautjes en een envelop met inhoud om eventueel de bijzondere lamp uit de souk in Fes te kopen, worden hen aangeboden. Er is echter een klein probleem, ze hebben geen huis. Tja, dat hebben wij er niet bijgeleverd. Gelukkig is er aan het cadeau geen vervaldatum toegevoegd.
Na het bijzondere eten en de lekkere wijn moeten we zien te wennen aan het idee dat de reis is afgelopen.

Zaterdag 10 december
De boot naar Algaceiras nemen wij gezamenlijk. Echter bij de douane komen er problemen. Hans is met zijn grote camper net door de scan als deze het begeeft! Wat men ook probeert , hij doet het niet en wij staan in de kou te blauwbekken omdat we de camper niet in mogen.

Hans belt waar we blijven: we zitten vast bij de douane! Iedereen wordt ongeduldig, auto’s gaan toeteren en wij zeggen tegen het reparatieteam dat wij toch wel graag de boot willen halen. En dan komt de oplossing: een auto met hasjhond. Het beest loopt om onze campers heen, ruikt dat het goed zit en dan kunnen wij eindelijk vertrekken.
Na een behoorlijke vertraging staan we toch na  anderhalf uur op Spaanse bodem. Onze geplande overnachtingsplek op het parkeerterrein bij de Carrefour is afgesloten. Enkelen besluiten door te rijden naar een andere camperplek. De rest blijft staan, maar neemt toch alvast afscheid van elkaar omdat er morgen al vroeg gereden wordt.
Wij gaan bij de Carrefour nog even ons avondeten halen en duiken daarna snel ons bed in.

Maandag 11 december
Om half 8 zijn wij startklaar. Hans en Nancy vertrekken ook, Liesbeth en Theo zwaaien ons uit. Hoewel het aanvankelijk onze bedoeling was om eerst ons verslag af te maken en dan te gaan rijden, hebben wij het vanwege de zondag omgedraaid. Het bleek een goede keuze. Wij hebben 645 km gereden en staan om 4 uur op een camping vlak bij Salamanca.

Dinsdag 12 december
De hele dag werken wij aan foto’s en verslag voor de site. Als wij het laatste gedeelte van het reisverslag hebben verstuurd, dan pas is voor ons de reis ten einde. En wij hopen dat het ons vanavond zal lukken.

We zien beiden terug op een geweldige reis door Marokko. We kwamen op plekken waar we nog niet geweest waren, en ook nooit alleen gekomen zouden zijn. We hebben nog eens kennis gemaakt met de ongelooflijke veelzijdigheid van het land: de prachtige architectuur, de mooie en afwisselende landschappen, de diverse bevolkingsgroepen met hun eigen kleding en gewoonten, de hartelijkheid van de mensen en de heerlijke Marokkaanse keuken. En dat alles onder een uitstekende begeleiding van Hans en Nancy, met een leuke groep, en vooral een fantastisch reismaatje. Zelfs al stuurt zij mij soms de verkeerde kant van de autoweg op.

Mocht er een volgende reis komen die ons aanspreekt, wij gaan zeker weer mee met Expedition Far East. Hans en Nancy bedankt!